Vernieuwde BBV
- Met ingang van begrotingsjaar 2017 moeten gemeenten op basis van het vernieuwde BBV begroten en verantwoorden. Een onderdeel daarvan is de verplichting om in de paragraaf lokale heffingen een toelichting op te nemen over de kostendekkendheid.
Overheadkosten
- Omdat de overheadkosten niet in de beleidsprogramma’s worden begroot maar op een apart taakveld in programma bestuur en ondersteuning kan de overhead alleen buiten de begroting om aan de tarieven worden toegerekend. Daarom wordt in deze paragraaf een toelichting opgenomen.
- De methodiek voor het toerekenen van de overhead aan heffingen is opgenomen in de financiële verordening; dit is op basis van de personeelskosten inclusief de kosten inhuur. Dit betekent voor 2020 dat 49% overhead wordt toegerekend aan de personeelskosten inclusief kosten inhuur van het betreffende taakveld.
Tariefberekening
- Voor de tarieven die maximaal kostendekkend mogen zijn, moet in de begroting inzicht worden gegeven op welke wijze de tarieven worden berekend en welke (beleids-) keuzes bij de berekening worden gemaakt. Het is namelijk niet verplicht om alle toerekenbare kosten ook daadwerkelijk toe te rekenen aan de betreffende heffing. Zo heeft de raad er voor gekozen om de kosten kwijtschelding riool- en afvalstoffenheffing niet mee te wegen in de tariefberekening.
- Er zijn ook zogenaamde “gemengde” begrotingsposten die aan meerdere activiteiten kunnen worden toegerekend. Een voorbeeld hiervan is het straatvegen en verwijderen afval uit de openbare ruimte. Het opruimen van bladeren en ander afval heeft een positief effect op de verkeersveiligheid (gladheid), verstoppingen en extra onderhoud aan de riolering wordt er door voorkomen. En met het straatvegen worden ook, verkeerd aangeboden, huishoudelijke afvalstoffen ingezameld. Deze activiteit dient dus meerdere doelen en daarom kan een gedeelte worden toegerekend aan bijvoorbeeld de rioolheffing. Van deze kosten moet gemotiveerd worden vastgelegd volgens welke verdeelsleutel de kosten worden verdeeld over de activiteiten. De toelichting op de kostendekkendheid moet worden gegeven voor de heffingen die maximaal kostendekkend mogen zijn.
Afvalstoffenheffing
- De kosten van HVC voor het inzamelen en verwerken van het huishoudelijk afval stijgen voor 2020 met 2,8% op basis van de stijging van het percentage van de consumentenprijsindex overeenkomstig art. 3.1. van de dienstverleningsovereenkomst met HVC (INT-16-26354). Het besluit van 22-5-2019 om over te gaan tot het inzamelen aan huis van plastic, blik en drankenkartons in Beverwijk (INT-18-46932) voor alle laagbouwwoningen leidt tot een toename aan opbrengsten vanuit deze gescheiden waardevolle grondstoffen en afname van verbrandingskosten. Dit voordeel leidt mede tot een minder hoge stijging van het tarief afvalstoffenheffing 2020 en daarom stijgt het tarief gemiddeld 1,8%.
- Essentie van het kostenverhaal bij de afvalstoffenheffing is dat de gemeente een zorgplicht heeft voor huishoudelijke afvalstoffen en de kosten daarvan mag verhalen. De opbrengst van de afvalstoffenheffing moet aan deze zorgplichten worden uitgegeven. Door beleidskeuzes is bepaald welke kosten worden toegerekend aan de heffing in Beverwijk. Aan het tarief van de afvalstoffenheffing worden toegerekend:
- Personeelskosten van de medewerkers die betrokken zijn bij de uitvoering van de afvalinzameling.
- Kosten voor de afvalinzameling en afvalverwerking door HVC.
- Kosten van Cocensus voor de oplegging en inning van de heffing (perceptiekosten).
- Kosten van straatreiniging, verwijderen afval uit openbare ruimte (recreatieterreinen en parken) en afvaldumpingen. Voor Beverwijk is besloten om 25% van de kosten zwerfafval toe te rekenen (raadsbesluit INT-16-25422), voor 2020 is dit €161 dzd. Ook een deel van de kosten van afvaldumpingen wordt toegerekend, dit is bijna €46 dzd.
- Een vast percentage voor de overhead.
Niet toegerekend worden:
- Lasten kwijtschelding.
- Kosten van toezicht en controle of het huisvuil op de voorgeschreven wijze wordt aangeboden. Er is niet berekend hoe hoog de toe te rekenen kosten zijn.
- Toerekenbare omzetbelasting (btw).
Kostendekkendheid heffing | bedrag (x €1.000) |
Kosten taakveld Afval | 5.034 |
Kosten kwijtschelding | 236 |
Kosten straatreiniging | 161 |
Kosten afvaldumpingen | 46 |
Kosten toezicht en controle | PM |
Inkomsten taakveld, exclusief heffing | -440 |
Netto kosten taakvelden | 5.037 |
Toe te rekenen kosten | |
Overhead | 37 |
Btw | 1.080 |
Totale kosten | 6.154 |
Opbrengst heffing | 4.838 |
Dekkingspercentage | 79% |
Rioolheffing
- Essentie van het kostenverhaal bij de rioolheffing is dat de gemeente een zorgplicht heeft voor de inzameling van stedelijk afvalwater en een zorgplicht voor hemel- en grondwater (de zogenaamde watertaken) en de kosten daarvan mag verhalen. De opbrengst van de rioolheffing moet aan deze zorgplichten worden uitgegeven. Door beleidskeuzes is bepaald welke kosten worden toegerekend aan de heffing in Beverwijk. Dit is vastgelegd in het beleidsplan 'Verbinden met water', het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) voor de planperiode 2017-2021. Zie hiervoor de webpagina vastgesteld beleid
- Aan het tarief van de rioolheffing worden toegerekend:
- Personeelskosten van de medewerkers die betrokken zijn bij de uitvoering van de watertaken.
- Kosten van onderhoud en vervanging.
- Kapitaallasten van investeringen in het riool.
- Een deel van de kosten straatreiniging. Zoals bij de afvalstoffenheffing is beschreven, kan een deel van de kosten straatreiniging worden toegerekend aan de rioolheffing. De bijdrage van €167 dzd is gebaseerd op de vermeden kosten voor het reinigen van kolken.
- Kosten van Cocensus voor de oplegging en inning van de heffing (perceptiekosten).
- Toerekenbare omzetbelasting (btw).
- Een vast percentage voor de overhead.
- Niet toegerekend worden:
- Lasten kwijtschelding.
Kostendekkendheid heffing | bedrag (x €1.000) |
Kosten taakveld Riool | 3.141 |
Kosten kwijtschelding | 262 |
Kosten straatreiniging | 167 |
Inkomsten taakveld, exclusief heffing | -20 |
Netto kosten taakvelden | 3.550 |
Toe te rekenen kosten | |
Overhead | 233 |
Btw | 622 |
Totale kosten | 4.404 |
Opbrengst heffing | 4.142 |
Dekkingspercentage | 94% |
Grafrechten
- De gemeente heft grafrechten voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten voor de begraafplaats.
In 2012 is een beheervisie voor de gemeentelijke begraafplaats Duinrust vastgesteld en is het bedrijfsplan geactualiseerd. Aan het tarief van de grafrechten kunnen worden toegerekend:- Personeelskosten van de medewerkers die werkzaam zijn op de gemeentelijke begraafplaats.
- Kosten van onderhoud en vervanging (begraafplaats, aula en koffiekamer).
- Kapitaallasten van investeringen voor de begraafplaats.
- Een vast percentage voor de overhead.
- Kosten van Cocensus voor de oplegging en inning van de heffing (perceptiekosten).
Kostendekkendheid heffing | bedrag (x €1.000) |
Kosten taakveld Begraafplaats | 510 |
Inkomsten taakveld, exclusief heffing | 0 |
Netto kosten taakveld | 510 |
Toe te rekenen kosten | |
Overhead | 160 |
Totale kosten | 670 |
Opbrengst heffing | 536 |
Dekkingspercentage | 80% |
Marktgelden
- Onder de naam marktgelden worden rechten geheven voor het gebruik of genot van een standplaats, op de daarvoor aangewezen marktterreinen of op andere voor de openbare dienst bestemde plaatsen, voor het uitoefenen van de markthandel en daarmee verband houdende handelingen en/of het gebruik van verstrekte hulpmiddelen. Aan het tarief van de marktgelden kunnen worden toegerekend:
- Personeelskosten van de medewerkers die werkzaamheden verrichten voor de weekmarkt.
- Kosten voor de organisatie van de markt zoals de marktmeester, stroomvoorziening en reiniging.
- Kosten van Cocensus voor de oplegging en inning van de heffing (perceptiekosten)
- Een vast percentage voor de overhead.
Kostendekkendheid heffing | bedrag (x €1.000) |
Kosten taakveld Bedrijvenloket | 71 |
Inkomsten taakveld, exclusief heffing | 0 |
Netto kosten taakveld | 71 |
Toe te rekenen kosten | |
Overhead | 5 |
Totale kosten | 76 |
Opbrengst heffing | 74 |
Dekkingspercentage | 97% |
Havengelden
- In de belastingverordeningen zee- en binnenhavengelden staat voor welke rechten havengelden worden opgelegd. Aan het tarief van de havengelden kunnen worden toegerekend:
- Personeelskosten van de medewerkers die werkzaamheden verrichten voor de haven, met name de havenmeester.
- Kosten van het beheer van de haven zoals onderhoud, port security, nutsvoorzieningen.
- Kapitaallasten van investeringen in de haven.
- Kosten van het baggeren. Voor het baggeren wordt 1x per drie jaar een bedrag van €150 dzd begroot (in de jaren 2021, 2024, 2027 enz.). In het jaar dat er kosten baggeren zijn begroot heeft dit invloed op de mate van kostendekkendheid. In de jaren waarin geen kosten baggeren zijn begroot is de mate van kostendekkendheid hoger.
- Kosten van Cocensus voor de oplegging en inning van de heffing (perceptiekosten).
- Een vast percentage voor de overhead.
Kostendekkendheid heffing | bedrag (x €1.000) |
Kosten taakveld Economische havens | 500 |
Kosten Baggeren (1x per drie jaar) | 0 |
Inkomsten taakveld, exclusief heffing | 0 |
Netto kosten taakveld | 500 |
Toe te rekenen kosten | |
Overhead | 49 |
Totale kosten | 548 |
Opbrengst heffing | 536 |
Dekkingspercentage | 98% |